zondag 11 mei 2014

Het hellend vlak van Ronquières

Vanaf Namen voeren wij op de Sambre de hele tijd opvarend, en Namen ligt aan de Maas natuurlijk zelf ook al hoger dan Luik. Verderop gingen we het Kanaal van Charleroi naar Brussel in, waar we tot ruim halverwege nog steeds in de sluizen omhoog gezet werden. België blijkt een soort centraal plateau te hebben, het Plateau van Henegouwen, waar we met een wijde kronkel langs het Oosten en het Zuiden en terug omhoog naar het Noorden op geklauterd zijn. Het hoogste punt bereikten we bij Ronquières, 180 meter boven de zeespiegel. Het is hemelsbreed een kilometer of zeventig van Antwerpen vandaan, de stad die als zeehaven natuurlijk op zeeniveau ligt. Dat maakt de afdaling redelijk steil.

De kop van die afdaling gaat er in ieder geval snel van af. Bij Ronquières is een installatie gebouwd waar een compleet schip van maximaal 85 meter lengte een grote bak in vaart en vervolgens met bak en al op spoorrails naar beneden wordt gebracht, zeventig meter over een lengte van 1,4 kilometer. Het is bekend als het Hellend vlak van Ronquières, en als je het ziet weet je niet of je moet grinniken om de absurditeit of onder de indruk zijn van de techniek. Wat mij betreft overheerst het laatste.
Hoog boven het landschap

Bovenaan de glijbaan
Het Hellend Vlak was onderdeel van een groot plan om de Belgische waterinfrastructuur te moderniseren. Wie voorheen over water van Charlerloi naar Antwerpen wilde, moest hier binnen twee kilometer zestien sluizen nemen om zestig meter hoogteverschil te overbruggen. Dat kon soms wel twee dagen duren. Het Hellend Vlak was daar een overweldigend antwoord op, dat in zijn ambitie te vergelijken valt met onze Deltawerken.
Toch wordt het wel gerekend tot de grands travaux inutiles – niet om zijn techniek maar om de economie. De Waalse steenkolenmijnen werden gesloten, en hoe het met de staalindustrie ging hebben we in Charleroi zelf gezien.
Het spoor voor ons...

Nog over de techniek, er zijn twee bakken met elk hun eigen contragewicht, wat het mogelijk maakt één bak stil te leggen voor onderhoud en toch, met halve capaciteit, de scheepvaart gaande te houden. Het systeem verliest, anders dan bij sluizen, bijna geen water. En het voorziet in zijn eigen energie door een kleine turbine onderaan. De uitkijktoren is 150 meter hoog, met bovenin een bezoekerscentrum.





... en achter ons

De andere bak

Geen opmerkingen:

Een reactie posten